Hoe stimuleer je een ‘inclusie-mindset’?

Hoe stimuleer je een ‘inclusie-mindset’?
Weinig mensen zijn bewust voorstander van uitsluiting en discriminatie. Maar het tegengestelde, inclusie, gaat niet vanzelf. Ja, de diversiteit op de werkvloer neemt toe. Maar echt lekker samenwerken met iemand die ‘anders’ is, blijft ingewikkeld.
Allerlei psychologische processen spelen hierbij een rol. Een ervan is onze ‘mindset’ met betrekking tot leren en groei.
Stanford-hoogleraar Carol Dweck deed hier decennia onderzoek naar en maakt onderscheid tussen een fixed mindset en een growth mindset. Mensen met statische mindset geloven dat hun eigen kwaliteiten en die van anderen vaststaan. Mensen met een groeimindset geloven dat we ons kunnen ontwikkelen.
Je kunt allerlei mooie initiatieven verzinnen op het gebied van diversiteit en inclusie, maar wanneer te veel betrokkenen een fixed mindset hebben, wordt het een moeizaam verhaal.
Hoe werkt het?
Dit werkt op verschillende manieren. Zo denken personen met een fixed mindset meer in stereotypen over hun collega’s. Gedrag van iemand uit een minderheid verklaren ‘vastdenkers’ eerder vanuit iemands eigenschappen – ‘Dat zie ik vaker bij deze groep’ – terwijl ‘groeidenkers’ meer geloven dat iemands gedrag voortkomt uit de omstandigheden – ‘We moeten nog even wennen aan elkaar’.
Mensen met een statische mindset geloven ook niet dat zij zelf makkelijk kunnen veranderen. Ze zijn daarom meer gericht op laten zien hoe goed ze nu al zijn dan op nieuwe dingen leren. Zo blijkt uit onderzoek van Dweck en collega’s uit 2012 dat zij minder geïnteresseerd zijn in activiteiten om vooroordelen op de werkvloer te verminderen.
Een ander gevolg kan zijn dat vastdenkers wel hun best doen om inclusief en ruimdenkend over te komen, maar niet bereid zijn iets te leren van mensen met een andere achtergrond en andere gezichtspunten. Dit kan leiden tot een krampachtig vriendelijke, paternalistische houding naar anderen.
Andersom
Mindset werkt ook andersom. In jonger onderzoek stelden Dweck en haar collega Aneeta Rattan vast dat zowel vrouwen als leden van minderheidsgroepen die zelf een statische mindset hebben, het moeilijk vinden collega’s aan te spreken op ongewenst gedrag. Wie niet gelooft dat de ander kan veranderen, gaat zo’n confrontatie uit de weg.
Mensen met een groeimindset die te maken krijgen met bevooroordeelde collega’s blijken echter wel het gesprek aan te gaan. Zij ontwikkelen hierdoor betere relaties en voelen zich uiteindelijk meer thuis in hun werkomgeving.
Alle reden dus om te werken aan een groeimindset.
Aan de slag
Hoe doe je dat, bijvoorbeeld bij jezelf? In haar boek Mindset beschrijft Dweck allerlei methodes, waaronder deze vier stappen:
1. Accepteer dat we allemaal trekjes hebben van een statische mindset.
2. Onderzoek in welke situaties deze mindset bij jou opspeelt.
3. Beschouw je statische mindset als een ‘persoon’ en geef hem een naam (de mijne heet Fixie).
4. Ga in gesprek met die persoon en voed hem stapje voor stapje op. Nodig hem bijvoorbeeld uit om samen eens iets nieuws te proberen.
Ten slotte: of je nu vooral een vastdenker bent of vooral een groeidenker, neem de moeite om Dwecks boek eens te lezen. Ietsje meer leren geloven in groei en ontwikkeling is een van de leukste dingen die er zijn.
Ben Tiggelaar
(verschenen als column in NRC)