Wat doe je aan een foute cultuur?

Wat doe je aan een foute cultuur?
Wat doe je aan een foute cultuur? Leen Schaap, de commandant die probeerde de Amsterdamse brandweer te hervormen, schreef een boek over die stormachtige periode: Brand in Amsterdam. Hij vertelt zijn verhaal en reikt ideeën aan voor leiders die een verziekte cultuur willen veranderen.
Burgemeester Eberhard van der Laan vroeg politiechef Schaap in 2016 orde op zaken te stellen in het brandweerkorps. Al jaren was er sprake van een cultuur van racisme, seksisme, intimidatie en ander normoverschrijdend gedrag, in stand gehouden door een harde kern van de beroepsmedewerkers.
Schaap voerde strikte regels in, deelde straffen uit en vertelde in de media over de misstanden. Gevolg: oorlog met het korps. Van der Laan overleed in 2017. Opvolger Femke Halsema vond dat Schaap meer ‘de verbinding’ moest zoeken. Volkomen naïef, vond Schaap, die in 2019 gedwongen vertrok.
De strijd binnen de Amsterdamse brandweer trok aandacht tot ver over de grens. Onder meer Der Spiegel, de BBC, The Washington Post en This American Life berichtten over de strijd van Schaap. Mede omdat de situatie bij de Amsterdamse brandweer niet uniek is. Dergelijke gesloten, disfunctionele culturen bestaan ook bij brandweerkorpsen in andere landen en binnen bijvoorbeeld leger en politie.
In zijn boek noemt Schaap de Amsterdamse brandweer een ‘verwaarloosde organisatie’. Hij baseert zich daarbij op het werk van onderzoeker Joost Kampen die stelt dat het makkelijk ‘een generatie’ kost om de cultuur in zo’n organisatie te veranderen. Terugkijkend noteert Schaap vier aandachtspunten.
Tijd. Als de leiding en de politiek verantwoordelijken te snel wisselen, mislukt cultuurverandering. Schaap schrijft dat de Amsterdamse brandweermannen hierop anticipeerden: „Jij blijft maar drie jaar, dan ben je weer weg. Dat overleven wij wel.” Volgens hem is politiek-bestuurlijke consistentie een randvoorwaarde.
Duidelijk leiderschap. Wanneer een diep wantrouwen heerst tegenover de leiding, gaat een vriendelijke, verbindende leiderschapsstijl je niet helpen, zegt Schaap. Wat wel helpt: duidelijkheid, handhaven en onthullen „wat er in de schaduwen gebeurt”. Een leider die grensoverschrijdend gedrag negeert, draagt bij aan de verwaarlozing.
Zingeving. Medewerkers moeten aan het denken worden gezet over wat ze kunnen bijdragen aan de organisatie en de samenleving. Dat begint al bij de opleiding van nieuwe medewerkers. Zo moeten jonge ambtenaren niet alleen pragmatische vaardigheden leren, zegt Schaap, maar vooral ook dat ze een dienende rol vervullen tegenover overheid en burger.
Werving en selectie. Wil je een verwaarloosde organisatie echt helpen, dan moet je nieuwe mensen binnenhalen die de gewenste cultuur belichamen. Zowel in uitvoering als management. Vaak worden problemen gerelativeerd omdat mensen bang zijn in te grijpen. Volgens Schaap is er grote behoefte aan koersvaste, moedige managers.
Aan het slot van zijn boek roept Schaap bestuurders en politici op niet weg te kijken bij misstanden en zo nodig harde maatregelen te nemen. De strijd lijkt wat hem betreft nog niet voorbij. Dat geldt ook voor zijn tegenstanders. Op bol.com hebben vrienden van het Amsterdamse brandweerkorps nu de eerste recensies geplaatst. Daarin worden Schaap en zijn boek, zoals viel te verwachten, volledig afgebrand.
Ben Tiggelaar
(verschenen als column in NRC)