Zo pak je die vervelende vakantiekater aan

Zo pak je die vervelende vakantiekater aan
Post-holiday funk; vakantiedip; vakantiekater. Verschillende namen voor hetzelfde gevoel: dat je moeilijk je werkdraai kunt vinden na een vakantie. Hoe ontstaat deze kater en wat kun je eraan doen?
De Portugese onderzoekers Cátia Sousa en Gabriela Gonçalves hebben op een rijtje gezet wat er zoal bekend is rond de vakantiekater. Enkele bevindingen.
– Gedurende een vakantie onderbreek je vaste gewoontes die bij je professionele leven horen. Je eet, drinkt en slaapt anders. Je draagt andere kleding. Je communiceert anders. Je gaat om met andere mensen. Om na een paar van zulke weken je werkgewoontes weer op te pakken vraagt extra inspanning van ons brein.
– Tijdens je afwezigheid is er van alles gebeurd op het werk. De collega’s die niet met vakantie waren, hebben dat meegemaakt. Maar jij hebt geen weet van de sociale en professionele onderwerpen die hen nu bezighouden. De noodzakelijke inhaalslag vraagt extra energie.
– Allerlei andere factoren leiden tot negatieve emoties. Na je vakantie moet je aardig wat inleveren van de autonomie waar je net aan gewend was geraakt; opeens bepalen anderen weer een groot deel van je dagindeling. Ook vervelend: lastige dossiers en problemen van voor je vakantie keren domweg terug op je bureau. Vaak moet e-mail en ander werk ingehaald worden. Bovendien moet de balans tussen werk- en privétijd weer bevochten worden.
Al met al is het genoeg om de positieve gevoelens van de vakantie supersnel te laten verdwijnen. Extra complicatie: door corona moeten veel mensen hun werk hervatten in dezelfde omgeving als waar ze net hebben uitgerust: thuis.
Goed. Wat nu? Een paar praktische tips die kunnen helpen.
1) Rustig invoegen. Plan na je vakantie enkele overgangsdagen. Dagen waarin je bewust stress vermijdt. Hoe? Begin iets later met werken, houd regelmatig pauze en stop iets eerder. Plan voldoende tijd om bij te praten met je collega’s. Selecteer daarnaast een paar eenvoudige taken om weer op gang te komen. Net als bij andere veranderingen en aanpassingen geldt: beginnen met kleine stappen leidt tot succeservaringen die vervolgens je zelfvertrouwen en motivatie stimuleren. Zo krijg je ‘vanzelf’ weer zin in je werk.
2) Organiseer je werk. Ruim je bureau op, gooi oude spullen weg, maak een lijstje met prioriteiten, plan je agenda voor de komende weken. Dat soort dingen helpt ons weer grip krijgen op ons werk (in plaats van andersom). Een gevoel van beheersing is voor de meeste mensen een basisvoorwaarde om plezierig te werken. Voor de hand liggende tip: waarschijnlijk helpt het om dit bij de volgende vakantie te doen voordat je vertrekt.
3) Kijk vooruit. Doelen stellen en daaraan werken leidt bij veel mensen tot positieve emoties. Dus formuleer een aantal nieuwe, frisse doelen nadat je bent teruggekeerd van vakantie. En geef je motivatie een extra impuls door je progressie bij te houden. Bijvoorbeeld door afstrepen van deeltaken of bijhouden van een eenvoudig logboek.
Mochten deze tips nog steeds onvoldoende de werklust opwekken, dan adviseren psychologen één extra truc om de kater te bestrijden: plan in je eerste werkweek meteen je volgende vakantie.
Ben Tiggelaar
(verschenen als column in NRC)