Zo win je allebei in een discussie

Zo win je allebei in een discussie
Ik ben niet goed in debatteren. Kritische opmerkingen vat ik al snel persoonlijk op. En vaak reageer ik te fel op wat de ander zegt. Vervelend. Mijn enige verdediging is dat ik niet de enige ben. Mooi en beschaafd van mening verschillen is een kunst die maar weinig mensen beheersen.
Van echte debatliefhebbers krijg ik wel eens tips als: je moet de boodschap aanvallen en niet de boodschapper. Of: het gaat er niet om dat je je tegenstander overtuigt, maar het publiek. Mooie regels. Jammer alleen dat bijna niemand zich eraan houdt in de debatten die ik meemaak.
Volgens sommigen helpt debatteren om de waarheid aan het licht te brengen. Maar mijn ervaring is dat de deelnemers meestal blijven hangen in hun eigen verhaal en dat de onderlinge relaties intussen steeds verder verslechteren.
Als je in discussie moet met andersdenkenden kun je het ook heel anders aanpakken. Je kunt proberen om eerst eens voorbij elkaars standpunten te kijken. Naar de belangen en de motivaties die erachter zitten. Waarom vindt iemand wat hij vindt? Daarna kun je wellicht samen zoeken naar alternatieven die voor alle partijen aanvaardbaar zijn. Dit verzin ik niet zelf. Ik heb het van Dan Shapiro, onderhandelingsonderzoeker aan Harvard. Vorige week hoorde ik hem spreken tijdens een congres en ik vond het bijzonder leerzaam.
Shapiro maakt zich zorgen. Volgens hem neemt het tribalisme in de wereld toe. Dat geldt zeker voor de Verenigde Staten, zijn thuisland. Maar ook in onze samenleving zie je polarisatie. En niet alleen in de politiek. Tribalisme kenmerkt zich volgens Shapiro door het afschilderen van de ander als vijand en het niet serieus nemen van diens standpunten.
Een gevolg is dat belangrijke problemen niet worden opgelost. Wat doe je hieraan? Shapiro’s belangrijkste idee om tribalisme te doorbreken: de kracht van waardering. Als je een goed gesprek wilt voeren met de andere stam, dan moet je volgens hem het volgende doen…
Probeer allereerst te begrijpen waarom de ander vindt wat hij of zij vindt. Probeer dan iets waardevols te ontdekken in wat deze persoon denkt, voelt of doet. En laat hem of haar vervolgens merken dat je dit hebt waargenomen.
Hoe begin je? Toon je interesse en stel open vragen, zegt Shapiro. Vragen als: Wat zou jij willen? Waarom is dit belangrijk voor je? En als je dan je waardering voor een punt van de ander uitspreekt, overdrijf het dan niet („O, ik begrijp helemáál wat jij bedoelt”) en help ook niet wat je net hebt opgebouwd meteen weer om zeep met een tegenwerping („Ik begrijp je punt nu beter, máár…”). Zeg liever: ik begrijp je punt. Vind je het goed dat ik nu mijn punt probeer uit te leggen? En stel dan tijdens jouw verhaal vragen als: is dit helder genoeg? Wat hoor jij in mijn verhaal?
Mocht de ander je onderweg aanvallen, ga dan weer terug naar het begin, adviseert Shapiro. Zeg: misschien begrijp ik je nog niet goed genoeg. Mag ik nog een paar vragen stellen? Dat klinkt soft, maar is in het echt bijzonder moeilijk om te doen.
Ik vind dit een mooi idee. Niet zoeken naar de zwaktes in het verhaal van de ander, maar naar de sterke punten. Niet winnen ten koste van de ander, maar proberen om samen te winnen. En het mooie is: je hebt de ander er niet voor nodig om hier zelf mee te beginnen. Thuis, op het werk, in Den Haag.
Ben Tiggelaar
(verschenen als column in NRC)